Het ei luchtig kloppen met de suiker en zout. De gist oplossen in de handwarme melk en een scheut ervan aan de ei toevoegen. Alle bloem in een keer aan de ei toevoegen en met de garde roeren tot vrij dik beslag. Al roerende beetje bij beetje de rest van de melk toevoegen. Dit is mijn manier om voor een glad, klontjes-vrij beslag te zorgen, niet verplicht om te volgen, het kan best anders. Het beslag 30min laten rijzen, tot het mooi luchtig en schuimig is.

De poffertjespan goed warm laten worden en licht met geurloze olie bestrijken. Het vuur matigen en de kuiltjes tot drie kwart met het beslag vullen. Het makkelijkst gaat het met een spuitfles. De poffertjes met een klein vorkje keren zodra de onderkant mooi goudenbruin is, dan laat het ook gemakkelijk los.

Al op het bord royaal bestrooien met poedersuiker en een extra klontje boter. Poffertjes zijn niet geschikt om zo te bewaren, ze worden nl vrij snel droog. Wel kunnen ze heel goed ingevroren worden. Daarna heel even in de magnetron opwarmen en snel opeten!